De bedoeling van het dragen van kleding tijdens de examens is te laten zien dat de kandidaat met dagelijkse kleding aan zichzelf kan redden, wanneer ze onverwacht in het water terecht komen. De kledingkeuze is gebaseerd op de kleding die tijdens normale dagelijkse bezigheden buiten wordt gedragen en is afgestemd op ons Nederlandse klimaat. Vandaag de dag is het dragen van een legging ook dagelijkse kleding en dus toegestaan.
Schoenen met een echte zool is de minimale eis. Plastic-, leren-, katoenen- en sportschoenen zijn toegestaan, mits ze dus een echte zool hebben.
Pantoffels en schoenen zonder echte zool, zoals slippers of surfschoentjes zijn NIET toegestaan. Het beste is om de kinderen een schoen te laten dragen waarmee ze normaal ook naar school gaan en mee gaan spelen.
KLEDINGVOORSCHRIFTEN PER DIPLOMA
Zwemdiploma A en B (er is geen verschil tussen A en B)
De kleding bestaat uit: een lange broek, een shirt of blouse met lange mouwen en schoenen (zoals hierboven omschreven).
Zwemdiploma C
De kleding bestaat uit: een lange broek, een shirt of blouse met lange mouwen en schoenen (zoals hierboven omschreven) en een jas.